Voor een ecologisch houdbare voedselproductie is een transitie nodig naar een landbouwbedrijfsvoering waarin de rol van en een zorgvuldige omgang met natuur en biodiversiteit geïntegreerd is: een natuurinclusieve landbouw. Het is mijn ambitie dat Nederland voorop loopt in de ontwikkeling van natuurinclusieve landbouw. Dat schrijft staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken in de ‘Voortgangsbrief Natuur’ aan de Tweede Kamer.
Natuurinclusieve landbouw is een landbouw die de positieve effecten van natuur op de bedrijfsvoering zoveel mogelijk benut en waarin de negatieve effecten van de bedrijfsvoering op de natuur zo klein mogelijk zijn. Hoe natuurinclusieve landbouw er concreet op een bedrijf uitziet en op welke van deze prestatiegebieden de nadruk ligt, is afhankelijk van de keuzes die de boer daarin maakt, afhankelijk van het type ondernemer dat hij is en van de (verdien)mogelijkheden die de ligging van zijn bedrijf biedt.
Van Dam doet nadrukkelijk een beroep op het ondernemerschap van boeren om zelf, of in regionaal verband invulling te geven aan natuurinclusieve landbouw. Maar niet alleen op het ondernemerschap van boeren, ook op dat van hun ketenpartners en zakelijke partners als adviseurs en financiers. De uitdaging is om natuur en biodiversiteit op een rendabele wijze te integreren in de bedrijfsvoering. Want ook natuurinclusieve landbouw vraagt, net als iedere vorm van ondernemerschap, om een onderliggend verdienmodel. Het moet de boer een goede boterham opleveren.
Nederland moet voorop lopen in de ontwikkeling van natuurinclusieve landbouw. Van Dam wil die ontwikkeling versnellen en heeft daarvoor een aantal maatregelen in uitvoering of ontwikkeling:
• Op het onderdeel innovatie binnen de Voedselagenda geeft de staatssecretaris prioriteit aan het in samenwerking met stakeholders en wetenschap, opstellen van een zogenoemde bestuivingsstrategie voor Nederland. Het gaat om een aanpak die zich richt op duurzame gewasbescherming, nieuwe agrarische landschapsinrichting om biodiversiteit te stimuleren (zoals bloemen- en akkerranden) en op het stimuleren van een optimale imkerpraktijk (voor de honingbij). De ambitie is dat in 2030 de populaties bestuivers in Nederland duurzaam beschermd zijn.
• Nederland zet in op een verdere vergroening van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, waarbij de inzet onder anderen is om een effectieve koppeling te realiseren tussen de vergroening in de eerste pijler en het agrarisch natuurbeheer in de tweede pijler.
• Door onderzoek en ondersteuning van pilots wordt veel kennis ontwikkeld, bijvoorbeeld over verdienmodellen, de technische kanten van natuurinclusief produceren en de factoren die een rol spelen bij de beslissing van een boer om al dan niet meer aandacht te geven aan de rol van biodiversiteit op zijn bedrijf.
• Ten behoeve van die kennisontwikkeling financiert Van Dam een bijzonder hoogleraar ‘Beheer van biodiversiteit in agrarisch gebied’ en een lector ‘weidevogels’.
• Van Dam werkt actief aan de totstandkoming van een netwerk natuurinclusieve landbouw, waarin innovatoren, koplopers, voorbeeldbedrijven, agrarische collectieven, grote en kleine natuur- en landbouworganisaties, onderzoekers, ketenpartijen en financiële partijen van elkaar kunnen leren.
Zie voor meer informatie de site van het ministerie van Economische Zaken.
bron: Ministerie van Economische Zaken, 21/11/16